Cijfers over lage rugpijn
Lage rugpijn is een veelvoorkomende klacht binnen alle leeftijdsgroepen. 50–80% van de volwassenen ervaart eens of vaker in zijn leven een episode van lage rugpijn. De man/vrouw verhouding is ca. 45/55 en de klachten zijn het meest voorkomend tussen het 40e en 80e levensjaar.
De oorzaak van lage rugpijn
Bij acute lage rugpijn is in ca. 95% van de gevallen geen duidelijke lichamelijke oorzaak aantoonbaar. De klachten worden vaak beschouwd als een multifactorieel probleem waarbij fysieke‑, psychologische‑, sociale- en medische factoren een rol spelen en elkaar beïnvloeden. Bij minder dan 1% van de mensen met lage rugpijn is er een ernstige onderliggende oorzaak aanwezig. Een aanvullende röntgenfoto of MRI-scan is in veruit de meeste gevallen van lage rugpijn niet zinvol.
Factoren die mogelijk bijdragen aan het ontstaan van lage rugpijn zijn o.a. overgewicht, obesitas, roken, depressie en hoge fysieke- en mentale werkdruk. Ook kunnen factoren als een slechte algemene gezondheidstoestand, angst voor pijn en bewegen, stress en een passieve omgang met de klachten bijdragen aan het aanhouden van lage rugklachten.
Het verminderen of voorkomen van lage rugpijn
Je kunt zelf veel doen om de klachten te verminderen of te voorkomen. Blijf bewegen, leef gezond en probeer specifieke oefeningen voor je rug te doen. Zorg dat je in goede conditie blijft, blijf actief en probeer bedrust zo veel mogelijk te beperken. Probeer je dagelijkse activiteiten te blijven ondernemen. Zorg voor voldoende ontspanning om zaken als stress, depressieve gevoelens en angst te verminderen/voorkomen. Probeer verder een gezond voedingspatroon aan te houden en niet te roken.
Pijnstilling zorgt er niet voor dat de rugpijn sneller overgaat, wel kan het helpen om beter te bewegen. Gebruik pijnstilling altijd in overleg met uw (huis)arts.
Fysiotherapie bij lage rugpijn
Uw fysiotherapeut kan u ondersteunen bij het herstel van de lage rugklachten en de omgang met lage rugpijn. De behandeling kan o.a. bestaan uit oefentherapie en adviezen ter vermindering van de klachten. Dit kan mogelijk worden aangevuld met manuele therapie of andere specifieke behandelmethoden wanneer de therapeut dit nodig acht.
In een klein deel van de gevallen kan rugpijn voorkomen bij een lumbaal radiculair syndroom (LRS). Dit kenmerkt zich vaak door uitstralende pijn in het (onder)been, mogelijk gecombineerd met krachtsverlies en/of gevoelsverlies in het been. Bij deze klachten is het vaak verstandig om contact op te nemen met de huisarts of fysiotherapeut. Neem direct contact op met de huisarts wanneer er sprake is van:
- een doof gevoel aan de binnenkant van je bovenbenen en/of schaamstreek
- ongewild verlies van urine of ontlasting
- wanneer je niet kunt plassen
- bij toenemend verlies van spierkracht in de benen